dinsdag 23 september 2008

59 Q

Gedicht opgedragen aan Arne Schoenvuur.


Nee niet met mij ontbeet jij
oog in oog. Ik zat niet recht,
bleef niet alert: ik gaf mijn
lijf maar niet mijn geestdie laatste

dook, nam zich de nacht, verdacht
de ochtend van conspiracy
om mijn wild dromen te onttoveren,
mijn hoogste komen aan jouw meet
te gaan beschrijven nelle stelle
en and're zichten ver van hier.

Terwijl ik vlees blijf, chair de ma chair.
Dat hette wetenjij was, niemand
minder in die droom met wie ik was:
minstens jouw lijf met dat van mij,
net als nu hier, wij twee gestoeld,
waar ik

in nochtans echte vorm van leven
eindelijk boven kom te zweven,
met iets dat trouw aan inner life
een stil ontbijt zo edel maakt.

Geen opmerkingen: